Dag 68
We gingen toch nog even terug naar Spit. Dat rare gevoel van afgeript te worden moesten we kwijt. T was een klein halfuurtje waarop we een eland troffen en genoten van t uitzicht dat we gisteren in de zoektocht naar een overnachtingsplaats niet gans hadden opgemerkt.


We ontdekten schommels onder de pier en leerden 2 zee arenden van wel heeeeeeel dichtbij kennen.



Verder keken we naar de charterboten die met bakken vol te fileren vis terugkwamen. Vissen van wel 1,5m groot! Amai… niet moeilijk dat Christoph zijn “vis van de dag” geen heel viske op zn bord was gisterenavond. Daar eet heel de tafel van!

Lunchen deden we niet in Spit na onze tegenvaller gisteren. We besloten naar een parkje te rijden in Homer en daar wentelteefjes te bakken en spek/eitjes aangezien iemand per ongeluk ons met 52 eieren opzadelde🤪. Bleek dat parkje toch wel niet naast de Mc Donalds te liggen. Maar, we waren flink en een eerste lading eieren werd verorberd. De meisjes mopperden niet eens zo hard…
Nog even spelen en naar de opstijgende watertaxis kijken en dan was t tijd om verder te rijden en stilletjesaan richting onze ferry bestemming te rijden. Whittier here we come!
Onderweg werd nog een paar keer gestopt voor zee-arenden, majestueuze bergen, prachtige wildbloemen, pipi-pauzes en kakpamperkes.


S avonds hielden we halt in Kenai. We kookten pasta en besloten daarna nog een korte wandeling te doen in t oude stadscentrum.
Kenai is t stadje waarnaar ze de peninsula vernoemd hebben. Daar waar ze een Russische kerk hebben, oude blokhutten en t oudste huisje van t peninsula. Daar waar t fireweed ons meenam tot aan de dripnetters van Cook inlet en waar we ontdekten hoe cliffen instorten en ze soms huizen moeten opkrikken en verplaatsen… woont daar maar eens… van huis met zicht op zee naar huis met gezicht in zee 😳







We gingen ook een kijkje nemen bij t dripnetten. Het waaaaat? Wel, dat hadden wij ook… hier in Alaska zijn ze ongelooflijk bezeten van vissen. En dat is dan helemaal geen saaie sport voor bompakes die stil langs t water zitten te wachten met een pintje, maar serious business… hier worden heilbot charterboten afgehuurd om met een vuilzak gefileerde vis per persoon thuis te komen. Menig man/vrouw staat met een kw-broek tot de oksels te hengelen in het water (en trotseert daar zelfs beren voor). En in Kenai was t dus dripnetten…. Vis opscheppen met een gigantisch groot visnet aan een heel lange stok. Velen bleven er zelfs voor kamperen: gaande van families op weekendtrip tot georganiseerde groepen die met pickup truck laadbakken vol verse vis huiswaarts trokken.
Dat is hier van vissen zonder limieten, uw kids die opgeviste zalmen laten morsdood knuppelen met wat drijfhout, fileren tussen de meeuwen en uw vriezerke thuis volsteken voor een ganse winter! Ahja en tof als we zijn, kregen we weer een gefileerde verse rode zalm mee… die steekt dan naast onze regenboogforel in de diepvriezer. 🤪
We praatten nog met zowat elke local op t strandje, de meisjes maakten zandkastelen in t zwarte zand en daarna was t tijd om in pyjama en met een laatste frisco nog een stukje verder te rijden.
We zaten namelijk nog iets te ver van de ferry haven en als we morgen de geplande wandeling rond Portage gletsjer nog eerst willen meepikken hoorden we toch nog minstens een uur verder sjeezen.
De meisjes dommelden in en Christoph deed t harde werk terwijl ook mijn blavvetuurkes dichtvielen…
Overnachting: Pullout voor Tern Lake rond Cooper Landing – lawaaierig maar bon de leuke campings die we tevoren in gedachten hadden om te overnachten (in de regio van Portage Glacier) waren nog een extra uur rijden en dat was te ver…
Dag 69
Ondanks dat we netjes rond 8u opstonden op onze lawaaierige parking en snel voortdeden, kwamen we vandaag net dat itsiebitsie beetje tijd tekort.
Om in Whittier te geraken moet je een betaaltunnel nemen (13$) die op vaste tijden vertrekt. Het is namelijk een spoorwegtunnel en vlak na de trein passage vertrekt er telkens 1 richting auto’s. We stonden netjes in de rij voor de shift van 9.30.
Net achter de tunnel ligt de Portage glacier, een gletsjer die hoog op ons lijstje stond omdat dat er eentje is waar je gewoon heen kan wandelen. Verdorie toch, de baan er naartoe was meer put dan weg. We maakten rechtsomkeer en werden op de tunnel parking waar we ons nadien placeerden door een manneke met zwaailichten weggestuurd. Poging 3 was aan de camping maar dan moesten de kids een extra km heen en terug stappen. Soit. We reden die pothole-weg uiteindelijk dus toch en parkeerden ons aan het begin van de route (insert echtelijke discussie, Tine die op haar buik op de weg lag en keek welke stukken onderkant bleven plakken en meer van dat zenuwslopend gedoe 😉).
Helaas hadden we zo dus wel wat tijd verloren. Tijd die we te kort kwamen om nog de hele wandeling uit te stappen met onze kroost… heel teleurgesteld wel, want deze route hadden we echt willen doen en we dachten alles goed uitgekiend te hebben om dit te combineren met de boot… je kon dan wel het risico nemen om niet 1,5u tevoren in de rij te gaan staan, maar remember ons vorig overzetboot fiasco. 😜
We begonnen toch tussen de muggen aan de steile klim. Lia mopperde wel wat “want steil is stom”. Maar eenmaal ze het gletsjerijs kon zien, schoot ze als een pijl uit een boog vooruit… wederom een heeeeeel mooie wandeling. Ondanks het iets mindere weer konden we toch helemaal de gletsjer zien…



Met pruillipjes trokken we rond de middag weer rechtsomkeer. Enorm jammer. Wat waren we jaloers op het gezin dat met de packraft naar boven aan t stappen was toen we de aftocht bliezen. En we kwamen nog Belgen tegen die net als ons hetzelfde probleem hadden en tijd tekort kwamen voor de hele hike….
Mooi op tijd stonden wij aan te schuiven voor de boot. En meteen bij t boarden herkenden we de Vlaamse papa die we op de wandeling tegengekomen waren… onze meiden waren niet te houden en begonnen meteen een conversatie over hun ganse leven…
De familie had net 5j in Thailand gewoond gevolgd door 5j in California en was net als ons Alaska van hun lijstje aan het afvinken voor ze opnieuw richting België trokken. Ben en Hilde bleken 3 toffe tieners bij te hebben en Hilde groeide ook op in Westerlo! Hoe klein is de wereld wel niet?
De rest van onze 6u durende boottrip bleken onze kids als magneten vastgezogen aan Noor en Lotte. Ze speelden uno, dobble, tekenden, gingen op wandel… Er werd serieus geweend door onze kroost bij t afscheid ( t was dan ook al 21.30 toen de boot dokte). We wisselden nog wat tips uit voor de route die we beiden gingen volgen de eerstkomende dagen…. En off we went…


We besloten na de boot Valdez uit te rijden en een wildkampeerplek te kiezen aan het oude stadscentrum. Net als Seward was Valdez immers slachtoffer van die grote paasvrijdag aardbeving in 1964. Wat er nadien nog overbleef van de stad is op een nieuwe plaats heropgebouwd… de hele kustlijn is daarom tsunami gebied en in tegenstelling tot België waar de zeezicht plaatsjes ingenomen worden door hoge appartementen, zie je in Alaska enkel mobilhomes geparkeerd… alles is 1 grote camping/Rv park omdat dat nu eenmaal verplaatsbaar is bij Tsunami evacuaties…
Overnachting: haven oud stadsgedeelte Valdez. We stonden op een mini piertje geparkeerd maar ik liet Christoph een uur voor hoogtij toch nog wat achteruit rijden want t water kwam wel verdacht snel op. En ik wilde niet wakker worden temidden van t water… ik was ook al niet gans op mn gemak want rook de hele tijd gas… Christoph verklaarde mij voor zot en controleerde meermaals onze aansluitingen. Later bleek dat we niet ver van de Alaskan Pipeline waren en ze daar ook de ruwe olie verwerkten. Ik had dus toch gelijk!